Bibliografie > Voorwoorden, inleidingen en nawoorden
FABULA RASA
BURSSENS, Gaston: Proeve van een objectief dagboek (Literaire reuzenpocket 69) De Bezige Bij, Amsterdam, 1964, 2e vermeerderde druk [Tekst van Boon op achterplat] Gaston Burssens verklapte me, dat van de vroegere uitgave van Fabula Rasa in de loop van achttien jaar honderdtachtig exemplaren verkocht waren. Dat klopt, want ik kocht mijn exemplaar vier jaar na het verschijnen, en op de laatste pagina trof ik de volgende mededeling aan: dit is nr. veertig. Ik heb na deze confidentie Gaston Burssens geantwoord: dat wil ik geloven, je schrijft maar één boek, en dan op de koop toe nog een goed. Want Fabula Rasa is een meesterwerkje. Het zou een tartend en zelfs een schokkend boek zijn, mocht het niet zo licht en speels zijn geschreven. En het zou zo bitter als wat geweest zijn, ware het niet getemperd door wat melancholie en veel levenswijsheid. Maar het is een onmogelijk boek geweest. Iedereen die wat van literatuur afwist, zei steeds afwijzend: dat boek met twee keer een voorrede, een vooraan en dan nog eens middenin? De laatste tijd komen steeds meer jongelui voor een interview, en onveranderlijk vragen ze dan ook: aan welk boek in de Vlaamse literatuur geeft u de voorkeur? En even onveranderlijk antwoord ik dan: aan Fabula Rasa van Gaston Burssens. Ik hoop hiermee de verkoop van dat onmogelijk goede boek zodanig te hebben bevorderd dat nu een tweede druk noodzakelijk is gebleken. L.P. Boon
|