Bibliografie > Zelfstandige publicaties


BOONTJE?S RESERVAAT I


(De Boekvink. Litteratuur in miniatuur)

N.V. De Arbeiderspers, Amsterdam, MCMLIV [= november 1954]

Ingenaaid (met omslag), 72 p., 12,5 x 19 cm.

 

Voorplat: Boontje's Reservaat 1

[Als cijfer, niet in romein als op titelpagina]

Omslag: [Helmut Salden]

Flptekst: De Vlaming Louis Paul Boon is een bezeten schrijver. Hij schrijft zoals hij eet en loopt: het schrijven is voor hem een levensfunctie. Hij is de man ‘die de eerste ronde verloren heeft ’en ‘nu als schrijver tracht om het spel van het leven te omvatten, te doorgronden en te winnen’ Levende in ‘een wereld van barbaren’ kan hij zich nimmer neerleggen bij de barbaarse, ook die in zichzelf. Hij móet zijn stem verheffen tegen de leugens, de halfdoden, de laffe praatjes. Hij is de ‘tedere nihilist’ die breekt en hekelt uit geschokte menselijkheid. Een gekweld geweten maakt zijn stem soms hortend van verontwaardiging, maar zijn schrijverschap verleent aan die verontwaardiging alsnog een positieve en feilloos doeltreffende vorm. Het schrijverschap is zijn laatste burcht tegen ‘de kanker die onze beschaving aanvreet’, het reservaat waar hij nog kan ademen

[vervolg achterflap:] en de wapens van de geest blinkende houden. Natuurlijk beweegt de litteraire produktie van zo'n schrijver zich niet als binnen de saaie taluds van een gekanaliseerde beek. Zijn produktie is ‘een plas, een zee, een chaos’ Een onafgebroken stroom van persoonlijke reacties, betogen, schotschriften, kreten, zelfgesprekken, protesten en commentaren vloeit uit zijn pen. Lang niet alles vindt de weg naar boek of tijdschrift. ‘Boontje's reservaat’ waarvan op ongeregelde tijden een aflevering in De Boekvink zal verschijnen, hoopt althans een deel van die stroom te kunnen opvangen. Het wordt een curieus eenmanstijdschrift binnen onze reeks ‘litteratuur in miniatuur’ Wij menen hiermee een eenvoudige plicht te vervullen tegenover deze uitzonderlijke schrijversfiguur en zijn groeiende lezerskring. Hier is nummer 1.

p. [5]: Inhoud:

reservaat

in een wereld van barbaren / wie is barbaar? / kramiek trekt de streep / ‘den latente hoeck’

de schim van gustaaf vermeersch

stad brussel een oerwoud

dat grauwe ding ginder / naar brussel / zwart eiland / het werk van de akker / cité / maandagmorgen in de cité / avenue de tervueren / receptie / 4 beroeste nagelen / bericht-avis / leger des heils / ik zal u loven op de cither / zaal van dijck / bobino / neonlicht / la pucelle d'or / werkbeurs / de andere beurs / boma / hondenpaleis / grootwarenhuis

de zon [woorden rond houtsneden van masereel]

onmacht / bitterheid / argeloosheid / straatstenen / grens / trap / schijn / daken / bevoegdheid / stad / drek / zon in zakken / schoonheid / boekenzon / christus / café / rok / kermiszon / vlieger / kerk / verte / diepte / techniek / zelfzucht / werk

p. 7: [Motto:]

“Wij kunstenaars zijn in de huidige samenleving slechts de gebroken kruik.” Vincent, brief 579 aan Theo

 

 

039 De Reservaat-deeltjes werden als eenmansperiodiek gepubliceerd. Veelal werden deze tijdschriften als zelfstandig boek opgenomen in bibliografieën. Om verwarring te voorkomen wordt deze feitelijk onjuiste notering gevolgd.

040 Op ‘De schim van Gustaaf Vermeersch’ na werden de bijdragen eerder gepubliceerd. ‘In een wereld van barbaren’ en ‘Wie is Barbaar?’ in Front (7 april, respectievelijk 12 mei 1951); ‘Brussel een oerwoud’ en ‘De Zon’ in De Roode Vaan (van 12 januari tot en met 6 maart 1946, respectievelijk 17 mei tot en met 2 juli 1946. ‘Kramiek trekt de streep’ verschijnt in Vooruit van 27 juni 1953 en ‘De laetsten hoeck’ in hetzelfde blad op 4 juli 1953.

 

1965 [oktober]: 2e druk in: 01.37-RESERVAAT

 

1974 [april]: 3e druk: Idem

 





terug